
Mijn kortetermijngeheugen lijkt af en toe een zeef. Laatst gaf ik een schrijfcursus. Voor aanvang stelde een cursist zich aan me voor. Ik gaf haar een hand, maar een minuut later was ik haar naam alweer vergeten.
Natuurlijk heeft iedereen wel eens zo’n moment. Maar ik vroeg me toch af: waarom kan ik die naam niet gewoon onthouden? En dus begon ik met de verdiepen in de wetenschap achter deze gebeurtenis.
In dit artikel lees je alles over de werking van je kortetermijngeheugen. Waar in je brein zit het? Hoe werkt het? Hoeveel informatie kun je erin opslaan? Op welke leeftijd treedt er verlies van kortetermijngeheugen op. En met welke trucs en trainingsmethodes kun je dat voorkomen?
Lees hier hoe het episodisch geheugen (een onderdeel van het langetermijngeheugen) werkt
Wat is het kortetermijngeheugen?
Dit is het onderdeel van je geheugen dat je gebruikt om een kleine hoeveelheid informatie korte tijd op te slaan. Dat kan een naam zijn die je net hebt gehoord, of een telefoonnummer dat iemand net heeft opgelezen of heeft laten zien.
Maar andere informatie die je via je zintuigen binnenkrijgt, kun je ook opslaan in het kortetermijngeheugen. Denk bijvoorbeeld aan: een foto die iemand je snel laat zien, de smaak van een snoepje, een geur of een geluid.
Als je zo’n naam een minuut later herhaalt, of een geur probeert te beschrijven die je net hebt geroken, dan gebruik je daarbij je kortetermijngeheugen.
Waar zit het kortetermijngeheugen?
Je kortetermijngeheugen zit niet op één plek in je brein. Laten we aan de hand van een voorbeeld kijken waar in je hersenen de verschillende onderdelen hun werk doen. Stel je probeert de geboortedatum van Oprah Winfrey te onthouden: 29-01-1954.
Als je die datum in je geheugen prent, worden er eerst hersencellen actief in het voorste gedeelte van je brein, de prefrontale cortex.
Maar die cellen beginnen al snel te communiceren met hersencellen die dieper in je brein liggen, in de zogenoemde hippocampus. Dat is een kromme hersenstructuur die vanwege die vorm ook wel ‘het zeepaardje’ wordt genoemd.
En volgens sommige wetenschappers zijn er cellen uit meer hersendelen bij betrokken, zoals de pariëtale kwab in een gebied dat de grote hersenen wordt genoemd. Die wisselwerking tussen cellen op verschillende plekken in je brein zorgt ervoor dat je een één of twee minuten later de geboortedatum van Oprah Winfrey nog kan reproduceren.
Weet je de datum nog?
Hoeveel informatie kun je opslaan?
Wetenschappers dachten lange tijd dat het kortetermijngeheugen een limiet had: een beperkt aantal ‘slots’ waarin je informatie kunt opslaan. Die theorie staat bekend als: het magische nummer zeven, plus of min twee.
Hoe zit dat? De beroemde psycholoog George Miller, werkzaam aan Princeton University, stelde in 1954 met verschillende experimenten vast dat mensen maximaal zeven objecten, cijfers of woorden konden opslaan in hun kortetermijngeheugen. Alles boven dat aantal zouden we meteen weer vergeten. Deze wet van Miller wordt nog steeds aangehaald in veel psychologieboeken en op Wikipedia.
Maar inmiddels is gebleken dat deze theorie niet klopt. En dat is mede te danken aan een Nederlander.
De Nederlandse wetenschapper Ronald van den Berg heeft ontdekt dat het kortetermijngeheugen juist erg flexibel is. Ik sprak hem voor het weekblad Intermediair over deze studie. En hij had goed nieuws. Volgens hem kunnen we veel meer dan zeven objecten onthouden. “Zeker twintig of dertig”, zegt hij. “Misschien is er zelfs helemaal geen limiet. Het is alleen zo dat hoe meer objecten je probeert te onthouden, hoe minder gedetailleerd de herinnering wordt.”
Dingen onthouden is als planten water geven
Van den Berg kwam tot zijn bevindingen door proefpersonen een groot aantal cirkels in verschillende kleuren te tonen op een computerscherm. Na een paar seconden verdwenen de objecten en moesten de deelnemers aangeven welke kleur cirkel ze hadden gezien op een bepaalde plek op het scherm.
Uit het onderzoek bleek dat er geen duidelijke grens was voor het aantal cirkels dat mensen konden onthouden. Wel maakten ze iets meer fouten naarmate er meer kleuren op het scherm verschenen.
“Hoe meer objecten je wil onthouden, hoe meer je je aandacht moet verdelen, daardoor onthoud je dingen over het algemeen minder goed”, aldus Van den Berg. “Het is net als met planten water geven: hoe meer planten je hebt, hoe minder water je elke plant kunt geven.”
Hoe sla je dingen uit je kortetermijngeheugen blijvend op?
Hoe langer je informatie in je kortetermijngeheugen houdt, hoe groter de kans dat je die informatie ook op de lange termijn onthoudt. Maar daarbij moet je wel een beetje creatief te werk gaan. Dat is tenminste het advies van hoogleraar en geheugendeskundige Jaap Murre van de Universiteit van Amsterdam.
Volgens hem zijn er trucjes om je kortetermijngeheugen te stimuleren om informatie te verplaatsen naar het langetermijngeheugen. Je dan wel wel één probleem omzeilen. Je hersenen raken snel verveeld.
“Als je bijvoorbeeld een naam van iemand wilt onthouden, dan helpt het niet om die constant op dezelfde manier in je hoofd te herhalen”, zegt Jaap Murre. “Je brein raakt dan verzadigd en afgestompt.”
Hoe moet het dan wel? “Je kunt de naam beter in stukjes breken, of associaties maken”, vertelt Murre. “Als ik de achternaam Rijnvis (van de schrijver van dit artikel, red.) wil onthouden, zou ik bijvoorbeeld kunnen denken aan een vis die uit een rivier springt. Op die manier ontstaan er vermoedelijk extra connecties in de hersenen, zodat de kans groter is dat de naam in het langetermijngeheugen wordt opgeslagen.”
Verlies van geheugen door ouderdom?
Gaat ons kortetermijngeheugen achteruit door ouderdom? Het antwoord is helaas ‘ja’. En er is nog meer slecht nieuws: het verval begint al vroeg. Dat blijkt uit gegevens van de door de Universiteit van Amsterdam georganiseerde Nationale Geheugentest (28.000 deelnemers). Jaap Murre biedt inzicht in de uitslag.
“Mensen tussen de 16 en 18 jaar presteren het beste bijvoorbeeld bij het onthouden van plaatjes, zoals je bij memory doet”, zegt hij. “Na die leeftijd raakt het visuele geheugen al in verval. Je verbale geheugen, dus het vermogen om woorden te onthouden, bereikt zijn piek iets later: rond je 25e jaar.”
De achteruitgang verloopt wel heel geleidelijk. “Pas op je vijftigste begin je er langzaam iets van te merken”, aldus Murre. “Mensen die tegen zeventig lopen krijgen vaak echt geheugenproblemen: ze vergeten waar ze spullen hebben neergelegd. Ook kunnen ze niet meer op bepaalde woorden of uitdrukkingen komen.”
Kan geheugentraining helpen dit verlies voorkomen?
Alleen als de oefeningen zeer gevarieerd zijn. “Uit een studie die we net hebben uitgevoerd blijkt dat het niet helpt om alleen heel veel sudoku’s te maken, of boodschappenlijstjes uit je hoofd te leren”, zegt Murre. “Je wordt daar op een gegeven moment wel bedreven in, maar dan leert je brein gewoon een trucje. Training helpt alleen als je het geheugen over de hele linie stimuleert. Dat betekent rekenopdrachten afwisselen met taaloefeningen en puzzels, en dat snel na elkaar, elke dag.”
Maar kun je dan alleen maar keihard blokken om je kortetermijngeheugen tot op hoge leeftijd in goede staat te houden. Nee, ook sporten of wandelen kan helpen, zo blijkt uit onderstaand filmpje van professor Erik Scherder. Wat niet helpt is lang achter je computer zitten 😉
En er is nog een troost. Uit een Amerikaanse studie blijkt dat zelfs het kijken naar humoristische filmpjes kan helpen om de achteruitgang tegen te gaan. Dus niet getreurd, gewoon even naar Youtube straks 😉